VEX350/VEX360/VEX370 Innovatieve detectie van ijsvorming en ontdooifunctie
De constructie van de VEX350/VEX360/VEX370 zorgt dat er 's winters een zeer hoog thermisch rendement wordt behaald en 's zomers een aanzienlijke vermindering van het specifieke elektriciteitsverbruik voor de luchtverplaatsing.
Bypassconstructie
Dit komt door de unieke constructie met een bypass voor zowel de afvoerlucht als de toevoerlucht. De afvoerlucht en toevoerlucht worden hierbij beide voorbij de warmtewisselaar geleid als er geen behoefte is aan warmteterugwinning. Het inwendige drukverlies wordt beperkt, het toerental van de ventilatoren wordt verlaagd en er wordt bespaard op de stroom die nodig is voor de ventilator (het specifieke elektriciteitsverbruik voor luchtverplaatsing).
Bij gebruik in de winter worden zowel de afvoerlucht als de toevoerlucht door de warmtewisselaar geleid. Bij gebruik in de zomer worden beide luchtstromen om de warmtewisselaar heen geleid en in overgangsperioden worden beide luchtstromen zo gemoduleerd dat de gewenste inblaastemperatuur gerealiseerd wordt. De afvoerlucht en buitenlucht worden zowel bij gebruik in de zomer als in de winter gefiltreerd.
De afvoerlucht wordt van bovenaf de warmtewisselaar in geleid, zodat de afvoerlucht en het mogelijk aanwezige condenswater samen verticaal omlaag door de warmtewisselaar gevoerd worden (wat voor de stabielste werkomstandigheden zorgt) terwijl de buitenlucht opwaarts in een tegenstroom door de warmtewisselaar wordt geleid, waardoor het zeer hoge thermisch rendement wordt behaald.
Bescherming tegen ijsvorming
In alle warmteterugwinningssystemen bestaat het risico van ijsvorming en er zijn vele parameters die de situatie beïnvloeden. De belangrijkste zijn:
- hoog thermisch rendement
- hoog vochtgehalte in de afgezogen lucht
- lage buitentemperatuur
Als de afgezogen lucht zijn energie afgeeft (wordt afgekoeld), condenseert het vocht en ontstaan er waterdruppels, die uit de wisselaar vloeien. Om te zorgen dat het drukverlies laag is en om het risico van ijsvorming tot een minimum te beperken, zijn de VEX350/VEX360 zo ontworpen dat het condenswater en de afgezogen lucht samen omlaagdoor de wisselaar geleid worden. Door het hoge rendement wordt het in de wisselaar plaatselijk zeer koud en op sommige plaatsen kan het water tot ijs bevriezen en de doorstroming van de afvoerlucht blokkeren.
De rijpvorming wordt ontdekt door het drukverlies over de warmtewisselaar te meten. Bij een lage vochtigheid in de afzuiglucht, bv. van kantoren, kan de temperatuur onder 0°C komen zonder dat er rijp gevormd wordt. Dit houdt in dat er alleen wordt ontdooid als er inderdaad sprake is van ijsvorming! Dus geen overbodig ontdooien en verspillen van energie.
Wanneer/indien de rijpvorming in de tegenstroomwisselaar begint en het drukverlies over de wisselaar groter wordt, start de ontdooifunctie. De functie is afhankelijk van verschillende omstandigheden zoals blijkt uit het bovenstaande voorbeeld. De methoden worden uitvoeriger beschreven in de handleiding van de units.